In de Bijbel wordt aangegeven dat oorlogen en geruchten van oorlogen aangeven dat het einde nabij is. Matt. 24:3, 6. De Russische inval in Oekraïne is daar een voorbeeld van. Maar ook zullen er onder meer pestziekten zijn in de tijd van het einde. Lucas 21:11. Pestziekten zijn besmettelijke ziekten die veel slachtoffers eisen en dit doet ons dadelijk denken aan het dodelijke coronavirus. Maar de invloed die de tekenen van het einde op ons leven zouden moeten hebben is bij velen afgezwakt. De gunstige werking die het op ons doen en laten zou moeten uitoefenen schiet vaak tekort en we worden dikwijls bezig gehouden met allerlei zaken die onze geestelijke toewijding niet veredelen, verdiepen of versterken. De catastrofale gebeurtenissen die het wereldgebeuren beheersen zouden ons wakker moeten schudden voor de ernst van de tijd waarin wij leven en ons moeten bewegen om heilig en rein te leven.
De apostel Petrus zegt ons: “Daar al deze dingen aldus vergaan, hoedanigen behoort gij dan te zijn in heilige wandel en godsvrucht, vol verwachting u spoedende naar de komst van de dag Gods…” 2 Petrus 3:11, 12.
De inval van Rusland in Oekraïne heeft de wereld geschokt en in grote beroering gebracht. Maar toch is het God die alles op deze aarde onder controle heeft. Hij laat rampen en oorlogen toe om mensen tot inkeer te brengen en te wijzen op de onveilige betrekkelijkheid van het aardse leven.
Er is niets op deze aarde wat aan Gods aandacht ontsnapt en waarvan Hij niet op de hoogte zou zijn. Alle aardse machten staan onder de leiding van de Almachtige.
Ondanks de ellende in deze wereld en de rampzalige gebeurtenissen van het einde, kunnen wij steun en bemoediging, troost, vrede en rust vinden in Gods almachtige werkwijze in deze onzekere wereld. Laten wij meer geloof en vertrouwen openbaren in onze Schepper die ons liefheeft en genadig en vol ontferming voor ons wil zorgen. Laten we in deze wereld een eerlijk en oprecht leven leiden en Gods Naam groot maken in ons doen en laten tot een bemoedigend getuigenis voor velen.
Ons doen en laten heeft grote gevolgen
De invloed die wij verspreiden door onze woorden, houding en daden is indrukwekkend en heeft verstrekkende gevolgen die wij nauwelijks kunnen beseffen. Laten we daarom heel zorgvuldig zijn met onze woorden, niet twijfelachtig, kritisch en afbrekend maar positief, opbeurend, bemoedigend en hoopgevend. Laat onze houding aangenaam, moedgevend, opgewekt en liefdevol zijn, vol van begrip en medeleven voor de ander. Laat ons leven een getuigenis zijn van Gods ontfermende zorg en liefde. Gods zegen, leiding, hulp en bijstand zal ons deel zijn als wij ons toegewijd willen inzetten voor een nederig, zachtmoedig en godvruchtig leven en het heilzaam en zegenrijk resultaat zal reiken tot in alle eeuwigheid.
Weinig mensen zijn zich bewust van de verstrekkende invloed van hun woorden en daden. Vaak veroorzaken de dwalingen van de ouders noodlottige gevolgen bij hun kinderen en zelfs ook in sommige gevallen bij hun kleinkinderen, lang nadat ze zelf gestorven zijn. Iedereen heeft een bepaalde invloed op anderen en is in feite verantwoordelijk voor de gevolgen daarvan.
Woorden en daden hebben grote macht, en de eeuwigheid zal eenmaal laten zien wat de gevolgen van ons leven zijn geweest. De indruk van onze woorden en daden zal op ons terugvallen in zegen of in vloek. Deze gedachte is van ontzagwekkende betekenis en mag een aanmoediging zijn voor een meer serieuze leefwijze in harmonie met Gods wil. We mogen Hem nederig vragen of Hij ons wil helpen en ons levenspad met licht van boven wil verlichten.
Laten we steeds bedenken dat God barmhartig en genadig is en onze fouten, gebreken en tekortkomingen wil vergeven en ons telkens weer opnieuw kansen wil geven om het met Zijn hulp en bijstand beter te doen. Mogen wij in ons doen en laten het voorbeeld van Christus volgen. Mag Gods zegen en de kracht en leiding van de Heilige Geest ons deel zijn, zodat wij een licht in deze wereld kunnen zijn.
Wijze lessen die wij mogen leren
Regelmatig hebben we mensen horen zeggen dat zij op God vertrouwen voor bescherming tegen het virus en dat zij geen vertrouwen hebben in vaccins of in allerlei maatregelen die zijn uitgevaardigd om het virus te beperken. Sommige mensen hebben zich zelfs zo gedragen alsof er geen virus bestond. Ze wilden geen afstand houden en geen mondkapje dragen. “God zal mij wel beschermen,” zeiden ze dan. En iemand anders die de regels van de overheid tegen besmetting niet wilde nakomen, zei: ‘Ik buig alleen voor Jezus.’ Maar toch zijn er opmerkelijk veel van zulke mensen door het virus getroffen en overleden. Wel heel opvallend dat juist mensen die fanatiek tegen vaccinatie waren en heel veel mensen met hun zienswijze hebben kunnen bereiken, zelf het slachtoffer zijn geworden van het virus.
Een Amerikaanse televisiedominee en oprichter van het Daystar Television Network, één van de grootste christelijke televisiezenders ter wereld, was bijvoorbeeld ook een uitgesproken tegenstander van vaccinaties en hij gaf op zijn kanaal uitgebreid zendtijd aan bekende antivaxxers, maar hij is zelf aan corona gestorven, ondanks dat er veel voor hem werd gebeden. Een bericht maakte melding dat hij zeker niet de eerste prominente christelijke antivaxxer is, die aan een coronabesmetiing is overleden. En inderdaad, er zijn zo in elk geval nog wel negen vooraanstaande radio- en televisie presentatoren op te noemen, die zich fel tegen corona en vaccinatie hebben verzet en hun negatieve visie massaal hebben rondgebazuind en talloze mensen hebben beïnvloed, maar die zelf aan het virus zijn overleden, terwijl sommigen van hen vast op God vertrouwden en er zeker van waren dat ze het zouden overleven, maar het mocht niet baten. Het is heel triest en het lijkt wel alsof God die mensen die een grote invloed op de bevolking hebben gehad en het virus en vaccinatie bespottelijk hebben gemaakt, geen bescherming heeft willen bieden.
Het is van belang om ons af te vragen of een dergelijke kritische houding jegens een dodelijk virus wel in harmonie is met wat de Bijbel ons leert. Is het wel de weg waarop we door God worden beschermd als we de regels en de middelen tegen het virus van de hand wijzen?
Een voorbeeld uit de Bijbel mag ons van nut zijn. Het volk Israël moest maar liefst strijd voeren tegen vijf koningen die zich onder leiding van Adonisedek hadden verenigd. Jozua, Israëls leider, zocht in gebed Gods leiding en bescherming tegen dit machtige, geoefende leger. Gods boodschap luidde: “Vrees niet voor hen, want Ik geef hen in uw macht, niemand van hen zal voor u standhouden.” Deze kostbare belofte van God was voor Jozua en het volk een geweldige bemoediging dat zij voor vernietiging door de dreigende overmacht zouden worden beschermd.
Ons aandeel volbrengen
Niemand in Israël hoefde bang te zijn. God zou hen beschermen en de overwinning geven. Met deze duidelijke verzekering van Gods bescherming tegen de machtige vijand, was de houding van Jozua juist heel opmerkelijk en betekenisvol en een les voor iedere gelovige. Hoewel Jozua de belofte van Gods bescherming had ontvangen, zat hij niet stil. Hij spande zich serieus in om alles te doen wat in zijn macht was om de vijand te verslaan. Hij bracht de legermacht in gereedheid, alsof het succes afhankelijk was van de legers van Israël, die hij ten strijde liet trekken en God zegende hen en gaf hun de overwinning. Hoewel God voor Zijn volk streed, moest het leger van Israël wel vechten om de overwinning te kunnen behalen. Jozua 10.
Naäman, de legeroverste van de koning van Aram, moest zijn aandeel volbrengen om genezen te worden, door zich zevenmaal in de rivier de Jordaan te wassen. 2 Koningen 5.
De blindgeborene moest, om ziende te worden, zich gaan wassen in het badwater Silóam. Johannes 9.
En koning Hizkia moest een vijgenkoek op de zieke plek leggen om door God van zijn ernstige ziekte genezen te worden. 2 Koningen 20.
We kunnen uit deze voorbeelden leren dat het geheim van succes ligt in het samengaan van Gods almacht en menselijke inspanning. Degenen die volledig op Gods almacht vertrouwen en ook zelf hun best doen wat ze kunnen, bereiken de grootste resultaten.
Het was voor Jozua en het volk Israël een geweldige overwinning. De zon stond stil te Gibeon en de maan in het dal van Ajalon, tot de vijand volledig door het leger van Israël overwonnen en vernietigd was.
God is onveranderlijk. Hij is gisteren en heden Dezelfde. Als wij op God vertrouwen voor bescherming, moeten wij wel alles doen wat in ons vermogen ligt en God gelovig bidden om hulp. We moeten, wat betreft een dodelijk virus, de middelen en de regels die ons tegen besmetting kunnen beschermen, niet terzijde schuiven. We moeten ons ernstig inspannen en alles doen wat we kunnen, alsof het succes alleen daarvan afhankelijk zou zijn en op ons gelovig gebed zal God dan Zijn zegen, hulp, bijstand en bescherming geven, in harmonie met Zijn wil.
Het geheim van het bewandelen van een succesvolle weg ligt in het samengaan van Gods kracht met serieuze menselijke inzet en niet in het afkeuren en afwijzen van beproefde menselijke middelen, door enkel en alleen maar op God te vertrouwen zonder persoonlijke inspanning en zonder acht te slaan op de regels die ons van dienst kunnen zijn.
Besmettelijke ziekten in de Bijbel
De wet van Mozes heeft diverse voorzieningen om besmetting tegen te gaan, zoals bijvoorbeeld spijswetten en reinigingswetten en bij besmetting was het voorschrift dat men in quarantaine moest gaan om uitbreiding van besmetting tegen te gaan. Dat de Joodse wetten nuttig waren blijkt uit het feit dat tijdens de epidemieën in de Middeleeuwen de Joden, die volgens de wet van Mozes leefden, vaak voor besmetting gespaard bleven.
In de oudheid was een bekende ziekte wel de melaatsheid of lepra of soortgelijke besmettelijke ziekten die onder de benaming melaatsheid werden aangeduid.
Melaatsheid is een begrip waarmee in het verleden meestal de besmettelijke bacteriële huid- en zenuwziekte lepra werd aangeduid. Echter, voordat in 1873 de leprabacterie als verwekker werd aangetoond, werden ook andere aandoeningen met een min of meer gelijkend beloop en karakter, 'melaatsheid' genoemd, om de eenvoudige reden dat men niet in staat was de ziekten van elkaar te onderscheiden. In veel culturen rust een stigma op mensen die lijden aan lepra of op lepra lijkende aandoeningen, zoals elefantiase, vitiligo, psoriasis, Lupus erythematodes, syfilis, pokken of pest.
Net als bij het coronavirus verspreidt melaatsheid of lepra zich via de lucht door hoesten, niezen, praten, zingen, roepen of schreeuwen. Wij benoemen dat de ziekte door 'aerosolen' wordt verspreidt maar dat woord treffen we in de oudheid niet aan hoewel het, evenals nu, wel van kracht was.
In Bijbelse tijden deed de priester onderzoek bij mensen die zich niet goed voelden en huiduitslag hadden. Hij testte of iemand al of niet besmet was. Als het onderzoek duidelijk melaatsheid te kennen gaf dan was de persoon onrein en moest hij de samenleving vlieden en in volledige afzondering gaan leven. Over rigoureuze maatregelen gesproken ! Was het onderzoek niet helemaal duidelijk dan moest de verdachte persoon zeven dagen in quarantaine. Daarop volgde opnieuw een onderzoektest en als de uitslag nog niet duidelijk kon worden vastgesteld, dan was nog een keer zeven dagen in quarantaine het voorschrift.
De wet op de melaatse was streng en onwrikbaar in haar eisen - geen pardon - geen gesjoemel, maar strikte naleving werd vereist.
Door de ceremoniële wet werd de melaatse onrein verklaard. Hij werd als iemand, die reeds gestorven was, buiten de maatschappij gestoten. Alles wat hij aanraakte was onrein. De lucht werd besmet door zijn adem. Als hij melaats werd verklaard werd hij van zijn gezin gescheiden, buiten de vergadering van Israël gesloten en veroordeeld om te verkeren in het gezelschap van anderen die aan dezelfde ziekte leden. De uitspraken van de wet waren onveranderlijk. Zelfs koningen en heersers waren niet uitgezonderd. Een vorst die door deze verschrikkelijke ziekte werd getroffen, moest afstand doen van zijn heerschappij en de gemeenschap ontvluchten. Melaatse mensen moesten, volgens voorschrift, duidelijk herkenbaar zijn. Ze moesten hun kleren scheuren en mannen moesten hun baard laten groeien en wanneer ze in de buurt van andere mensen kwamen moesten ze roepen dat ze onrein waren, zodat anderen afstand in acht konden nemen om besmetting te voorkomen.
In het Bijbelboek Leviticus wordt melaatsen nog meer voorgeschreven. Ze moesten bijvoorbeeld ook hun “bovenlip bedekken.” Diverse vertalingen zeggen dat ze hun mond moesten bedekken en enkele andere vertalingen zeggen dat ze hun mond met een doek moesten bedekken. Leviticus 13:45.
Wat is precies het nut van dit voorschrift om de mond te moeten bedekken? De bekende rabbi, Jarchi, maakt duidelijk dat beide lippen moesten worden bedekt met een linnen doek of sluier, die over de schouders werd gehangen en waarmee de mond werd bedekt; en dit werd gedaan, zoals rabbi Aben Ezra zegt, opdat de melaatse niemand met de adem van zijn mond zal aantasten; en hij zal uitroepen: Onrein, onrein, als hij ergens een openbare gelegenheid passeert, zodat iedereen hem zal vermijden en niet door hem zal worden besmet.
In de Bijbelse regelgeving herkennen wij duidelijk een aantal maatregelen die ook nu worden genomen om het coronavirus tegen te gaan. Zij die zich niet goed voelen moeten zich laten testen en als zij besmet zijn moeten zij zich afzonderen om anderen niet te besmetten. Afstand moet worden bewaard en reinigingsregels, zoals onder meer handen wassen, moeten worden toegepast, evenals ook het bedekken van de mond door het dragen van een mondkapje in openbare ruimten.
Het mag duidelijk zijn dat God aan Zijn volk vanouds waardevolle richtlijnen heeft gegeven om zoveel mogelijk besmetting te voorkomen en het mag ook duidelijk zijn dat men zich in de oudheid strikt aan de door God gegeven regels heeft gehouden, veel beter dan de mensen van vandaag dat over het algemeen doen.
Protestmarsen
Om het ongenoegen tegen de coronamaatregels kenbaar te maken zijn er heel wat protestmarsen gehouden en haatdragende acties gevoerd, die te kennen moesten geven dat we vrij willen zijn. Maar is dit zinvol en weegt wat meer vrijheid wel zoveel zwaarder dan mensenlevens? Komen we pas tot bezinning als de klap van het virus ons genadeloos treft en het voor sommigen te laat is en het niet meer overleven?
God heeft bij besmettelijke ziekten duidelijke regels gegeven, die nauwkeurig moesten worden nageleefd, waarbij geen enkele ruimte was voor opstandige vrijheidsbewegingen en protestmarsen, omdat de draconische regels die werden opgelegd de vrijheid van de mensen zouden beperken. Neen, niets daarvan; het was eenvoudig een kwestie van gehoorzamen en niets anders. We lezen: “Draag er ten aanzien van de plaag der melaatsheid zorg voor, dat gij zeer stipt alles onderhoudt, waarin de Levietische priesters u onderrrichten; wat Ik hun geboden heb zult gij stipt onderhouden.” Deut. 24:8.
Als we het nut van de regelgeving willen inzien en beseffen en ons er aan willen houden, maken we het leven voor onszelf en voor anderen zoveel aangenamer. Laten we gewillig en eensgezind de strijd tegen het virus aan blijven binden, want dan mogen we erop vertrouwen dat de overwinning over het virus behaald zal worden.
Een kostbare raadgeving
In de Bijbel staan heel wat beloften waarop we veilig kunnen bouwen. In 1 Petrus 5:7 en ook in Psalm 55:23 lezen wij: “Werpt al uw bekommernis op Hem, want Hij zorgt voor u.”
Deze prachtige raadgeving en belofte van Gods zorg staat tweemaal in de Bijbel opgetekend en is bij veel mensen algemeen bekend, maar toch worden deze beide teksten veel te weinig in praktijk gebracht. We blijven ons maar al te vaak zorgen maken en laten ons zo gemakkelijk meeslepen en ontmoedigen door al het negatieve gebeuren om ons heen.
Door het dodelijke coronavirus en het wrede oorlogsgeweld zijn veel mensen moedeloos en vragen zich af: ‘Waar gaat het heen in deze wereld?’ Maar we mogen al onze bekommernis op Hem werpen en Hij zal voor ons zorgen. Dat is de geweldige belofte die Gods Woord ons geeft, hoe triest en schrijnend de situatie ook mag zijn waarin wij ons bevinden.
God is bereid Zijn macht en Zijn wijsheid te openbaren in antwoord op elk nederig gebed. We mogen het vertrouwen hebben dat Hij ons gebed hoort en beantwoordt, overeenkomstig Zijn wil. Hij alleen is God, Die in iedere onverwachte moeilijkheid kan helpen. Hij is de Almachtige Schepper Die de mens zijn wonderbare lichamelijke, verstandelijke en geestelijke vermogens heeft geschonken en Hij zal niets weigeren dat noodzakelijk is om het leven, dat Hij gaf, in stand te houden, als we ons maar in vertrouwen tot Hem willen wenden.
Rust vinden
Jezus is onze Vriend! De ganse hemel stelt belang in ons welzijn. Wij moeten niet toegeven aan zorgen die ons alleen maar ontmoedigen en bezwaren en ons niet helpen om beproevingen te doorstaan. Jezus nodigt allen uit die vermoeid en met zorgen belast zijn en Hij geeft allen een unieke belofte: “Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven.” Leg het juk af van vrees en wereldse zorg dat mensen zichzelf hebben opgelegd en neem de uitnodiging van Jezus aan: ”…neemt Mijn juk op u, en leert van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart, en gij zult rust vinden voor uw zielen; want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.” Matt. 11:28-30.
Laten we ons meer bepalen bij de geweldige, levengevende beloften van hoop en moed, die onze Verlosser ons geeft en laten we ons minder bezig houden met de zorgen van deze wereld. Dat zal ons leven, ondanks alle ellende, gelukkig en blij kunnen maken tot eer van God en tot zegen voor onszelf en voor allen om ons heen.
Gods trouwe zorg is zeker
De kritieke omstandigheden in deze wereld zijn voor veel mensen angstaanjagend en een bron van onzekerheid voor de toekomst.
Maar we hebben niets te vrezen als we letten op de zegeningen die God ons heeft gegeven. Als we terug kijken in de geschiedenis, dan is het bemoedigend te beseffen dat God van ouds Zijn volk met een sterke hand heeft uitgeleid op weg naar het beloofde land Kanaän. We kunnen ons afvragen: Zal God in onze dagen van het wereldeinde, zo vlak voor de grenzen van het hemels Kanaän, Zijn getrouwe kinderen uit deze wereld verlossen met minder zorg en kracht dan Hij openbaarde bij de verlossing van Zijn volk in de dagen van ouds? Hebben we werkelijk wel redenen om bezorgd te zijn, ontmoedigd en beangst?
God is onveranderlijk en Zijn liefhebbende zorg voor Zijn kinderen is er in de loop der eeuwen beslist niet minder op geworden. Laten we daarom niet kleingelovig zijn en de moed laten zinken, alsof God ons in de steek zou hebben gelaten, want dat is absoluut niet het geval. Beslist niet !
Een bemoedigende hoopvolle belofte
We worden, zo vlak voor de eindfase van de grote strijd tussen goed en kwaad op deze aarde, terwijl we de grens van het hemels Kanaän naderen, juist zeer bemoedigd om hoopvol te zijn. In één van de mooiste en meest vertroostende gedeelten van de profetieën van Jesaja over de toekomstige gebeurtenissen, wordt verwezen naar de wolk- en vuurkolom om Gods zorg voor Zijn volk voor te stellen in de laatste strijd met de machten van het kwaad. We lezen: “Dan zal de Here over het gehele gebied van de berg Sion en over de samenkomsten die daar gehouden worden, des daags een wolk scheppen en des nachts een schijnsel van vlammend vuur, want over al wat heerlijk is, zal een beschutting zijn. En er zal een hut zijn tot een schaduw des daags tegen de hitte, en tot een schuilplaats en een toevlucht tegen stortbui en regen.” Jesaja 4:5, 6.
In deze bewoording wordt Gods liefderijke zorg voor Zijn volk tot uitdrukking gebracht en het maakt daarbij niet uit of het nu om Joden of Grieken gaat, want er is geen onderscheid. God is Heer over allen en rijk voor allen die Hem aanroepen, zo lezen wij in Romeinen 10:12.
Laten we daarom, terwijl we aanspraak mogen maken op zulke vertroostende beloften, ons niet bezondigen aan ongeloof en laten we, ook al is er sprake van een zorgelijke crisis, ons niet overgeven aan neerslachtigheid. Laten we geen aandeel hebben in het delen en verspreiden van negatieve geluiden. God leeft en Zijn liefdevolle zorg voor al Zijn kinderen is onpeilbaar. Hij zal het kwaad vernietigen en Zijn volk met een sterke en machtige arm verlossen en thuisbrengen in het hemels Kanaän. Mogen we, met dit geweldige vooruitzicht, bemoedigend en hoopvol zijn. God heeft ons geroepen om getuigen te zijn van Zijn ontfermende liefde voor alle mensen. Mogen we nu, terwijl dat zo urgent is, tot een bemoedigende en opbouwende zegen zijn in deze zondige wereld.
Serieueze vragen in een moeilijke tijd
Nu er zoveel ellende over de aarde spoelt – misdaad, natuurrampen, oorlog en virusziekten - zijn veel mensen geneigd zich af te vragen: Waar is God? Waarom laat Hij al die ellende toe en grijpt Hij niet in? Bemoeit God Zich nog wel met deze aarde of trekt Hij Zich er niets van aan wat er op deze aarde gebeurt en laat Hij het alles maar begaan? Deze serieuze vragen verdienen zeker een goed en duidelijk antwoord.
De Bijbel is Gods betrouwbaar waarheidsboek waarin wij moeten zoeken en een juist antwoord kunnen vinden.
We lezen: “En de HERE zeide: ‘Ik heb terdege gezien de ellende van Mijn volk, dat in Egypte is en hun gejammer over hun drijvers gehoord, ja, Ik ken hun smarten. Daarom ben Ik nedergedaald om hen uit de macht der Egyptenaren te redden…’” Exodus 3:7, 8.
God is goed op de hoogte van wat ons overkomt. Hij kent en ziet terdege al de ellende van de mensen op deze aarde. Dat is altijd zo geweest en dat is ook nu nog zo. We lezen helder en klaar in de Bijbel in gewone taal: “Vanuit de hemel kijkt de Heer omlaag, Hij ziet alle mensen op aarde. Vanuit de hemel waar Hij woont, kijkt Hij naar de mensen op aarde. De Heer heeft de mensen gemaakt. Hij weet precies wat ze doen… Maar de Heer helpt mensen die Hem vereren, en die vertrouwen op Zijn liefde. Hij redt hen als de dood dichtbij is. Als er hongersnood is blijven zij leven.” Psalm. 33:13-15, 18, 19.
God regeert en volbrengt Zijn wil
God is nog steeds met ontferming begaan met het lot der mensenkinderen en als men op Hem vertrouwt, zal Hij zeker ingrijpen en onheil afwenden. Als mensen plannen beramen die rampzalig zijn, zal Hij die teniet doen. We lezen in diezelfde Psalm: “De Heer laat plannen van mensen mislukken, plannen van volken laat Hij niet doorgaan. Maar de plannen van de Heer blijven bestaan. Alles gebeurt zoals Hij het bedenkt.” Ps. 33:10, 11.
We mogen zeker weten dat Gods hand in het wereldgebeuren aanwezig is en dat Zijn plannen niet worden verijdeld. Maar we moeten ook bedenken dat Gods oordelen over de wereld gaan, want de meeste mensen op aarde leven in opstand tegen God. Zijn heilige wet wordt algemeen met voeten getreden. Overal vinden misdaden plaats en mensen worden gewelddadig vermoord.
Wanneer mensen massaal van God afwijken en ongehoorzaam hun eigen weg volgen, laat God Zich niet onbetuigd en zal Hij onheil over de opstandige mensheid brengen. De boodschap van Gods Woord is niet mis te verstaan. We lezen: “Och, had u maar acht geslagen op Mijn geboden! Dan zou uw vrede geweest zijn als een rivier en uw gerechtigheid als de golven van de zee.” Jes. 48:18.
Wijze lessen uit Gods Woord
De les die wij vooral ook uit het Bijbelboek Richteren kunnen leren is zeker ook heden nog van kracht, want God is niet veranderd. Als het volk naar Gods wil leeft, schenkt Hij voorspoed rust en vrede, maar wanneer zij Hem verlaten, volgt verdrukking en rampspoed. Als een teken van Gods misnoegen bij het zorgeloos overtreden van Gods geboden, vinden rampen, onlusten, oorlogen en epidemieën plaats. Maar voor hen die de Here vrezen is Hij een schuilplaats. Hij beschermt hen en geen onheil zal hen treffen. Psalm 91:1, 4, 10.
God houdt de heersers van deze wereld nauwlettend in de gaten. Er zijn grenzen gesteld waar ze niet overheen kunnen.
We lezen: “Hij heeft uit één enkele het gehele menselijke geslacht gemaakt om op de ganse oppervlakte der aarde te wonen en Hij heeft de hun toegemeten tijden en de grenzen van hun woonplaatsen bepaald…” Handelingen 17:26.
De Russische inval in Oekraïne met de afschuwelijke gevolgen is een dramatisch gebeuren dat de hele wereld bezig houdt. Kunnen wij Gods hand in dit gruwelijk gebeuren onderscheiden? Zijn er grenzen gesteld die niet kunnen worden overschreden? Er zijn opmerkelijke berichten. De Russische president Poetin zou vlak voor de Oekraïense invasie bericht hebben gekregen dat hij aan een ernstige ziekte lijdt en bloedkanker heeft. Als dit op waarheid berust, is dit dan zomaar toeval of wordt hiermee een grens gesteld waardoor er een eind aan deze gruwelijke oorlog in zicht zou kunnen komen? Diverse geruchten gaan rond. De weerstand tegen Poetin neemt toe en zijn beleid komt meer en meer onder druk te staan.
Onze grootste zorg
Hoewel het een veelbewogen, zeer ernstige tijd is waarin wij leven is er geen reden tot wanhoop. God regeert en Zijn plannen falen niet. De enige zorg die wij ons zouden moeten maken, betreft onszelf. De grootste strijd die wij met Gods hulp met onszelf te voeren hebben is de strijd tegen het eigen ik. De vragen die wij ons, een ieder voor zich, serieus zouden moeten stellen, zijn onder meer: Is mijn leven in harmonie met Gods wil? Ben ik een zegen voor anderen? Is mijn geloof en vertrouwen in God toereikend om in Gods kracht te overwinnen? Kan God onvoorwaardelijk op mij rekenen? Is mijn leven geheel aan Hem gewijd? Ben ik zachtmoedig van geest en nederig van hart? Verheerlijk ik God in alles of ben ik heimelijk gesteld op eigen roem en eer? Openbaar ik in mijn doen en laten de vrucht van Gods Geest? Ben ik door de werking van Gods Geest wederomgeboren?
Het voldoen aan deze belangrijke vragen is cruciaal en zou ons beslist meer en meer bezig moeten houden en zeker het onderwerp van ons dagelijks gebed en toewijding moeten zijn, nu het einde zo dichtbij is, want het betreft ons eeuwig wel of wee. Het is een issue waar we met hart en ziel voor zouden moeten gaan.
Maar een zorgwekkend probleem van sommige mensen is echter dat zij precies weten te vertellen hoe anderen zouden moeten zijn en hoe zij moeten leven, terwijl zij aan zichzelf voorbijgaan en geen of weinig moeite doen om hun eigen leven in harmonie te brengen met Gods wil. De Bijbel schetst dit reële probleem met een duidelijk voorbeeld van de splinter en de balk. “Wat ziet gij de splinter in het oog van uw broeder, maar de balk in uw eigen oog bemerkt gij niet?” Matt. 7:3.
Laten we niet op de fouten en gebreken van anderen letten en hen proberen terecht te wijzen. We hebben genoeg aan onszelf. Laten we met Gods hulp aan onszelf werken om overwinnaars te zijn en laten we anderen, vanwege hun fouten en gebreken, niet bekritiseren maar liefdevol bemoedigen om met Gods hulp de goede strijd te strijden.
